Een patroon behangen is niet heel moeilijk, zelfs als je voor het eerst zelf gaat behangen. Het is vooral een geval van slim knippen en goed kijken. Ga jij een patroon behangen op de muur? Ik geef je graag mijn tips voor een mooi behangresultaat.
Eerder maakte ik al een video tutorial hoe je zelf een muur kan behangen en het fotobehang in de slaapkamer vind ik ook nog steeds mega gaaf! Het voordeel van fotobehang is dat het behang al op maat waren gemaakt. Ik hoefde dus enkel langs een stippellijntje de verschillende banen af te knippen. Dat is dus anders dan bij patroonbehang! Hier moet je nog zelf de banen behang knippen van je rol.
Voor de make over van onze hal ging ik aan de slag met patroonbehang. Ons oog viel namelijk op het behang Palm van Vtwonen en oh wat is die gaaf! Maar ja, wat dan? Hoe knip je een behang met patroon en hoe krijg je het netjes op de muur?
Mijn behangtips bij patroonbehang
Bij het kopen van je behang en behangbenodigdheden:
- Bij het kopen van het behang is het slim om rollen te kopen met hetzelfde batchnummer. Hierdoor is de kans op kleurverschillen nihil.
- Kijk van tevoren goed wat voor behang je hebt gekocht. Zoek dan een behanglijm voor jouw behang. Ons behang was bijvoorbeeld een vliesbehang en we hadden dan ook lijm speciaal geschikt voor vliesbehang.
- Wist je trouwens dat er verschillende soorten patroonbehang bestaat: een aansluitend patroon en een verspringend patroon. Je kunt aan het icoontje op de behangrol zien of het gaat om een aansluitend (pijltjes wijzen naar elkaar op eenzelfde hoogte) of een verspringend patroon (pijltjes zijn ongelijk).
- Naast het behang en de juiste lijm heb je het volgende nodig: een blokkwast, emmer, roerstok, behangspatel, naadroller, schaar en een natte doek.
- Budgettip: bij de Action kan je een behangset kopen met alles wat je nodig hebt.
Voordat je gaat behangen:
- Lees de instructies door (o.a. voor bijzonderheden) en bekijk of je de lijm straks op de muur of op het behang moet aanbrengen.
- Loop de wand na op scheuren en gaten. Vul indien nodig gaten en oneffenheden op om een vlakke muur te krijgen.
- Heeft de wand een donkere kleur en wil je een licht behang erover heen plakken? Of heb je er eerder kleurvlakken op geverft? Verf dan de wand eerst in een egale lichte kleur om doorschijnen te voorkomen.
- Zorg ervoor dat de wand goed schoon en droog is.
- Altijd voorstrijken of voorlijmen bij nieuwe of zuigende muren. Je doet dit het beste minimaal één dag van tevoren met een verdunde behanglijm of een voorstrijkmiddel.
- Heb je behanglijm dat je moet aanmaken? Maak de lijm dan avond voor je gaat behangen aan.
Voor tijdens het behangen
- Begin met het zetten van een loodrechte lijn op de wand.
- Plak hier de eerste baan tegenaan.
- Smeer je de wand in met lijm en niet het behang? Smeer dan de muur een stuk breder dan de breedte van de rol in.
- Smeer bij de volgende banen ook een stukje van de rand van de vorige baan in met behanglijm.
- Zoek bij elke nieuwe baan eerst het patroon op aan de hand van een opvallend detail aan de zijkant van de baan.
- Plak daartegen de nieuwe baan precies matchend.
- Indien dit niet helemaal goed gaat: geen paniek! Je kunt het behang nog gemakkelijk schuiven of even losmaken en opnieuw plakken.
- Haal overtollig lijm na elke baan direct weg met een natte doek om later glimmende vlekken te voorkomen.
- Opgelet: zet niet een emmer klaar met water om het doekje in schoon te spoelen, zoals ik de eerste keer. De lijm vermengt zich namelijk met het water, waardoor je juist meer vlekken krijgt. Spoel je doek dus regelmatig uit onder de kraan.
Voor het knippen
- Bepaal waar je begint met behangen en meet de lengte tussen het plafond en de plint.
- Bij een ‘klein’ patroon kun je het beste beginnen in de verste hoek en met een ‘groot’ patroon is het slim om te beginnen waar je het patroon duidelijk in het zicht wilt hebben, bijvoorbeeld precies boven de bank, eettafel of op de schouw.
- Knip van de rol allereerst de eerste baan plus 10 cm extra.
- Rol vervolgens het behang uit naast de eerste baan en zoek waar het patroon precies aansluit. Zorg ervoor dat de onderkant van nieuwe baan, gelijk is met de onderkant van de eerste baan. Je zal daardoor aan de bovenkant waarschijnlijk een flink stuk extra overhouden.
- Ga zo verder toet je genoeg banen hebt de gehele breedte van de wand te behangen.
- Afhankelijk van het soort patroon en mits je een wand gaat behangen met overal dezelfde hoogte, zal je bij een aansluitend patroon alle geknipte banen uiteindelijk hetzelfde zijn. Bij een verspringend patroon is niet elke baan gelijk, maar alle even en oneven banen wel. Om zeker te weten dat je de juiste baan pakt, kun je op de achterkant de geknipte banen nummeren met een potlood.